{PROJECT} ../template/help_us.ini {TITEL} phpCMS - Einstellungen und Erläuterungen {CONTENT}
Elk bestand heeft zijn eigen extensie. Bij HTML-bestanden is dit normaal gesproken ".html". U kunt phpCMS zelf instellen op de te gebruiken extensie. Daarnaast is het noodzakelijk dat u de webserver verteld, welke bestanden met welke extensie aan de Parser moeten worden doorgestuurd.
Standaard hebben we dit ingesteld op de extensie ".htm". Hierdoor geeft u normale HTML-documenten eenvoudig de extensie ".html", en documenten die door phpCMS verwerkt moeten worden de extensie ".htm" .
Dit is een van de features van phpCMS. U kunt er hiermee voor zorgen dat paginas en delen van paginas, die al door de Parser zijn verwerkt, in een lokale tussenopslag worden opgeslagen. Wanneer deze door dezelfde of andere gebruiker nog een keer wordt opgevraagd, dan hoeft deze niet nog een keer verwerkt te worden, maar kan uit deze tussenopslag worden gelezen.
Let op Linux-Gebruikers: De webserver, en/of PHP heeft hiervoor wel schrijfrechten nodig op de ingestelde directory. Wanneer u dat uit veiligheidsoverwegingen niet wilt, kunt u deze mogelijkheid van phpCMS helaas niet gebruiken.
Schakelt het gebruik van de Server-Cache aan of uit. Bij het uitschakelen worden de reeds in de cache geplaatste bestanden niet gewist.
Hier stelt u in, hoe lang Proxy-servers en webbrowsers de paginas uit de cachedirectory moeten lezen en wanneer de pagina opnieuw moet worden geparst. Deze instelling wordt genegeerd wanneer u phpScripts heeft opgenomen.
Een waarde "1" betekend dat de Proxy-server waar de pagina gecached is, na een dag de pagina opnieuw van uw server moet halen. "-1" stelt het gebruik van caching door Proxy-servers of browsers buiten werking.
Hier stelt u in, of G-Zip compressie in- of uitgeschakelt moet worden. De nieuwste Browsers, vanaf versie 4 van Netscape of Microsoft ondersteunen G-Zip gecomprimeerde Bestanden. Bij het inschakelen van deze optie worden de HTML-bestanden voor het versturen met ca. 70% gecomprimeerd.
U bespaart uzelf en uw gebruikers een hoop dataverkeer op het op zichzelf al trage netwerk!
Met dit teken markeerd u het begin van velden in templates en contentbestanden.
Met dit teken markeerd u het einde van velden in templates en contentbestanden.
De naam van het veld in contentbestanden, waarmee phpCMS het pad naar projectbestanden kan vinden. Deze instelling hoeft u normaal gesproken niet aan te passen. Default-waarde is "PROJECT".
Alleen bij problemen aanpassen!
Bij standaard-systemen leest phpCMS deze waarde uit de omgevingsvariabele "$DOCUMENT_ROOT". In de praktijk blijkt dat bij enkele systemen deze variable een verkeerde waarde geeft, bij het gebruik van virtuele servers. In zulke situaties, geeft u hier het absolute pad naar de startdirectory van uw webserver in. Onder windows is dat bijvoorbeeld : "c:/Programme/Apache/htdocs" of onder Linux bijvoorbeeld: "/usr/local/httpd/htdocs".
Normaal gesproken werkt phpCMS gewoon met de standaardinstelling "$DOCUMENT_ROOT". Wanneer u deze toch wijzigd op de webserver, heeft dit op meerdere plaatsen gevolgen!
Wanneer u een URL opvraagt zonder dat u een expliciete pagina ingeeft, wordt in de aangegeven directory gezocht naar een pagina met de naam van deze instelling.
Een voorbeeld: U vraagt "http://uwserver.nl/" aan, phpCMS probeerd dan de pagina "http://uwserver.nl/index.htm" te verwerken, als u bij naam van de standaardpagina "index" heeft ingesteld en bij extensie ".htm".
Normaal gesproken stelt u dit in. In File-Stealth-Mode veranderd phpCMS de HREF-Tags in uw documenten niet. Als u bij uw provider geen ".htaccess" bestanden mag gebruiken, of uw server niet zo kunt configureren dat ".htm" bestanden door phpCMS geparsed moeten worden, dan moet deze instelling uitgeschakeld blijven.
Nadeel: Is de File-Stealth-Mode uitgeschakeld, dan voegt phpCMS automatisch bij elke HREF-Tag in uw documenten het pad naar de Parser in, inclusief de noodzakelijke parameters. Daardoor heeft u een vraagteken in de URL. Hierdoor zullen sommige search-engines en Proxy-servers uw paginas niet indexeren of opslaan. Als het dus enigszins mogelijk is, schakelt u deze instelling in.
Is de Debug-Modus "aan", dan wordt een uitgebreide foutmelding gegeven, als een noodzakelijk bestand niet werd gevonden. Staat deze modus "uit", dan wordt de bij "Error-Pagina" ingestelde pagina getoond.